Toegegeven, het kan druk zijn in Venetië. Vooral rond het centrale San Marcoplein en de straatjes die van daaruit naar de Rialtobrug leiden. Het kan ook anders, merkten wij recent tijdens ons bezoek aan de Dogenstad. Vooral de karakteristieke wijken Cannaregio en Dorsoduro hebben nog steeds een bijna dorps karakter. Deze laatste wijk gaan we tijdens onze wandeling nader ontdekken. Eerste ijsje Startpunt is de Riva del Vin naast de Rialtobrug, een van de weinige toegankelijke kaden langs het Canal Grande. Vroeger werd hier wijn van de boten geladen, nu lonken er gondeliers naar klanten, die op een terras genieten van een (hier best dure) cappuccino. We steken de Rialtobrug over richting het San Marcoplein en laten ons op de brug ‘even meesleuren’ in de forse stroom bezoekers. Direct aan de overkant rechtsaf, langs het water. Via de Campo San Salvador passeren we iets later Gelateria Al Teatro (4772 Calle del Teatro), waar we ons eerste Italiaans ijsje scoren: pistache en mint. Ondertussen blijven we de aanwijsbordjes All’ Accademia volgen. Brugje over, links en weer rechts.
Goed nieuws voor Italië -fans! Het duurt nog even voordat je toegang tot het centrum van Venetië moet betalen. Afhankelijk van de dag en het seizoen varieert het entreegeld van € 3 tot € 10. De stad wil een bepaald aantal bezoekers per dag ontvangen. Wordt dat aantal overschreden, dan gaat de prijs omhoog. Maar niemand wordt de toegang tot de stad ontzegd. Het goede nieuws is dat de veelbesproken entreekaart pas eind 2023 wordt ingevoerd (1 januari 2023 bleek niet haalbaar).
Krullend goud Via het Campo San Luca, het middelpunt van de stad, lopen we verder naar het Campo Manin. We kruisen het plein en duiken, over de linkerbrug, de smalle Calle de la Cortesia in. Hier serveren kleine trattoria's smakelijke en betaalbare gerechten. We lopen nog steeds rechtdoor en komen via het Campo Santo Angelo terecht op het grootste plein van de stad, het Campo Sant’ Stefano. Gelateria San Stefano is een goed adres voor ambachtelijk gemaakt ijs, maar een espresso con panna (met een toefje slagroom) smaakt er op het terras ook prima. We duiken daarna even de immense kathedraal Santo Stefano in en snuffelen wat verderop in de sfeervolle brocantewinkel Cavalier (Campo Santo Stefano, 2863/A). De schilderijlijsten met krullend goud moeten beslist in trek zijn geweest bij de hooggehakte dogen, de stadsbestuurders van toen.
Pest en kunst We wandelen verder. Via het Campo San Vidal komen we bij de houten brug aan die over het Canal Grande naar de wijk Dorsoduro leidt. De top van de brug biedt een schitterend zicht op de Santa Maria della Salute, de kathedraal die in 1630 als dank aan de maagd Maria werd gebouwd. Zij was het immers die een einde maakte aan de vreselijke pestepidemie in de stad. De Accademia, aan de overzijde van de brug, bevat de grootste verzameling Venetiaanse kunst. Voor een bezoek kun je het beste 's morgens vroeg komen. Dus lopen we door en houden we links aan. Zwart, goud en blauwgestreept Een bord aan het begin van de Calle Nuova Santa Agnese wijst ons de weg naar een ander bijzonder museum, de kunstcollectie van Peggy Guggenheim. Onderweg passeren we de Rio di San Vio. Daar komt een gondel aangevaren, heel mooi in het tegenlicht. De zwarte lak glanst in de zon. Om wedijver onder de patriciërs te voorkomen, werden uitingen van pracht en praal in de 16e eeuw ingeperkt, dus ook die van de gondels. Slechts een goudkleurig zeepaardje en het rode bankje doorbreken de zwarte lak. Kleuriger is de gondelier met zijn blauwgestreepte shirt. Als hij onze camera ontwaart, zet hij z’n strooien hoed wat scheef en nodigt ons uit voor een tochtje. We wimpelen het aanbod af en lopen door naar de plek waar de rijke Amerikaanse Peggy Guggenheim (1898-1979) de carrière van avant-gardistische kunstenaars als Picasso, Magritte, Kandinsky, Mondriaan en Miro stimuleerde. De kunstwerken die zij aankocht, hangen nu in haar voormalig paleis.
Al 86 jaar Dan terug. Via het Rio di San Vio (einde straat weer links) komen we op een van de meest geliefde wandelpromenades van de Venetianen: de Zatterre. En ook hier weer hemels ijs, al 86 jaar. Even in de rij dus bij Gelati Nico. De Gianduiotto, de gedurfde combinatie van chocolade en roomijs, smaakt er voortreffelijk. Om de hoek, aan de Fondamenta Nani, ligt een van de weinig overgebleven gondelwerven in Venetië. Per jaar worden nog slechts enkele gondels gemaakt en de bouw duurt zo'n drie maanden.
Brug der vuisten We steken de eerstkomende brug over, gaan linksaf, passeren de Chiesa di San Trovaso en volgen langs het water de Fondamenta Bonlini. Voor het bruggetje rechtsaf. Hier wandelen we verder langs de stille kanalen. Slechts het geluid van enkele meubelmakers doorbreekt de stilte. Het dorpse karakter is hier duidelijk voelbaar. Einde kanaal rechts (Fondamenta Lombardo) en dan weer links, brugje over. Op het Campo Santo Barnaba houden we links aan en nemen dan de eerste brug, de Ponte dei Pugni. De vier witte voetafdrukken op deze ‘Brug der vuisten’ geven het punt aan, waar ooit gevechten begonnen tussen rivaliserende bendes. Oorspronkelijk waren er geen balustraden, dus ettelijke vechtersbazen hebben de strijd met een nat pak moeten bekopen. Uiteindelijk werden de gevechten zo bloedig dat ze in 1705 officieel werden verboden. Dorps aperitief We gaan net over de brug rechts. Aan het einde gunt Palazzo Ca’ Rezzonico ons een kijkje in het overvloedig ingerichte barokke paleis. Terug bij de brug der vuisten slaan we rechtsaf richting het Campo Santa Margherita. Op dit gezellige plein met z'n vele bankjes en terrasjes besluiten we onze wandeling met het nu meest populaire Italiaanse aperitief: Aperol Spritz. En ondertussen kijken we naar de spelende kinderen en passerende paters. Hoe dorps wil je het hebben?
TIP: verleng je fietsvakantie met één of meerdere dagen Venetië!